Verschil meer- en hoogbegaafdheid

Hoogbegaafdheid in het juiste perspectief

Verschil meer- en hoogbegaafdheid

Er bestaan vrij duidelijke verschillen tussen mensen die meerbegaafd zijn (die een IQ hebben ver boven het gemiddelde maar onder de hoogbegaafdheidsgrens zitten) en hen die hoogbegaafd zijn. Het verschil zit in de intensiteit waarmee hoogbegaafden dingen doen en beleven. Door deze intensiteit ontstaan er verschillen in gedrag, kennis en kunde die laten zien dat hoogbegaafdheid meer is dan alleen maar een iets hoger IQ, je kunt de lijn niet zomaar doortrekken, er verandert echt iets. Het verschil in intensiteit wordt veroorzaakt door een groter, hoger, bewustzijn, dat hele andere reacties en denkpatronen oplevert.

  • Zo is een meerbegaafde vaak belangstellend en geïnteresseerd, een hoogbegaafde is echter meestal nieuwsgierig, voelt een zeker drang tot onderzoeken en het vergaren van nieuwe kennis. Dit hoeft niet altijd via boeken, veel hoogbegaafden hoef je iets maar één keer te laten zien en ze doen het na. Wel is het belangrijk dat het iets betreft dat hen werkelijk interesseert, anders zijn zij net zo weinig gemotiveerd als ieder ander.
  • Een meerbegaafde leert vaak makkelijk op school, is in staat een grote hoeveelheid feitenkennis op te slaan en dat
    Leren in blokjes en rijtjes past niet zo bij hoogbegaafden.

    weer te reproduceren. Sommige hoogbegaafden kunnen dat ook wel, maar het merendeel heeft grote moeite met de schoolse manier van leerstof aanbieden en al helemaal met het reproduceren van kleine feiten. Dit komt doordat zij de aangeboden leerstof vermengen met allerlei andere informatie en nieuwe verbanden leggen. De feitelijke kennis blijft wel bruikbaar maar is minder makkelijk te reproduceren op de strikte wijze die binnen scholen gehanteerd wordt.

  • De meerbegaafde is onderdeel van de groep, loopt wel vaak voorop maar ze zitten meer op dezelfde golflengte als eventueel minder intelligente vrienden. De hoogbegaafde loopt vaak een aantal meters voor de groep uit. Is in gedachten al enkele fases verder dan de rest van de groep.
  • Heeft een meerbegaafde vaak 5 of meer herhalingen nodig, heeft hij vaak goede ideeën, weet hij vaak hoe die ideeën in elkaar zitten, voert hij zijn opdrachten netjes uit, neemt hij makkelijk kennis op en kan deze goed onthouden, een hoogbegaafde heeft aan 2 á 3 herhalingen genoeg, heeft het liefst inspraak in opdrachten, heeft vaak wilde, spetterende ideeën, ziet nieuwe verbanden en weet dus automatisch hoe deze in elkaar zitten, maar heeft soms veel moeite met uitleg daarover aan anderen.
  • Voelt een meerbegaafde zich vaak thuis in een groep studenten omdat zij misschien wel slimmer zijn maar in ieder geval op dezelfde wijze denken, een hoogbegaafde heeft vaak moeite met het vinden van een groep waarin hij zich thuis voelt. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat hij niet weet dat hij meer moeite moet doen om gelijkdenkenden om zich heen te verzamelen, gewoonweg omdat er minder van zijn. Als je dan bedenkt dat het sociaal niet echt geaccepteerd wordt als hoogbegaafden zich op grond van hun hoogbegaafdheid verzamelen, dan wordt het vinden van gelijkdenkenden wel heel ingewikkeld.
  • Een meerbegaafde denkt en leert vaak stapsgewijs, van makkelijk naar moeilijk. Een hoogbegaafde wil graag eerst het geheel overzien en dat dan ontleden in delen. Waar stukken zitten die hij niet snapt heeft nadere uitleg zin, anders leidt het alleen maar af. Een hoogbegaafd kind dat op school veel fouten maakt heeft veel vaker te maken met de problematiek van de eenvoud dan dat het aangebodene te moeilijk is.
  • Een meerbegaafde gebruikt over het algemeen voornamelijk zijn linker hersenhelft waar taal en rekenen zetelt en denkt in woorden en taal. Een hoogbegaafde heeft veel vaker dan gemiddeld een zeer actieve rechterhersenhelft waar de creativiteit en muzikaliteit is gehuisvest en is denkt vaker in beelden.